Vrijdag 27 december is ons kantoor gesloten.
Begrippenlijst
Aanzegging
Een aanzegging is een gerechtelijke mededeling. Voorbeelden zijn een aanzegging tot ontruiming en aanzegging openbare verkoop van roerende zaken.
Aanmaning
Een aanmaning is een schriftelijke sommatie van de schuldeiser aan zijn schuldenaar (debiteur) om alsnog binnen een aangegeven termijn het verschuldigde bedrag te voldoen. Deze aanmaning kan zowel door de schuldeiser zelf worden gestuurd als door een ingeschakelde incasso-organisatie (incassobureau of gerechtsdeurwaarder).
Arrest
Arrest is een ander woord voor vonnis of uitspraak. Een arrest wordt gewezen door het gerechtshof of de Hoge Raad.
Beschikking
Een beschikking is een uitspraak van de rechter in een procedure die is ingeleid door middel van een verzoekschrift (echtscheiding, alimentatie, bewind). Belangrijke uitzondering is dat op een verzoekschrift tot faillissement een vonnis wordt gewezen.
Beslag
Beslag is een maatregel waarbij de gerechtsdeurwaarder, op vordering van een belanghebbende en na het verkrijgen van een executoriale titel (vonnis, dwangbevel of beschikking), bepaalde zaken aan de vrije beschikking van de eigenaar of van derden onttrekt. Voorbeelden zijn: loonbeslag, beslag op de uitkering, beslag op de bankrekening en beslag op roerende zaken.
Betekening
Een betekening is een gerechtelijke bekendmaking, door een deurwaarder, van stukken en mededelingen aan de schuldenaar (debiteur). Voorbeeld is de betekening van een vonnis.
Buitengerechtelijk
Zie Minnelijk
BTAG
BTAG is de afkorting van “Besluit Tarieven Ambtshandelingen Gerechtsdeurwaarders. Dit besluit is gebaseerd op de Gerechtsdeurwaarderswet en op het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. In dit Besluit wordt onder andere geregeld welke kosten een deurwaarder in rekening mag brengen voor de handelingen die de deurwaarder verricht.
Comparitie van partijen
Een comparitie van partijen is een persoonlijke verschijning van de partijen voor de rechter. Het is aan de rechter om een dag te bepalen dat een comparitie van partijen plaatsvindt. Doorgaans wordt een comparitie standaard gelast nadat de gedaagde partij (de debiteur) bij schriftelijke akte (zie conclusie van antwoord) heeft geantwoord op de dagvaarding van de eiser. De comparitie kan tot doel hebben een schikking te bereiken en/of om nadere inlichtingen over de ingenomen standpunten van de partijen te verkrijgen.
Conclusie van antwoord
Als de gedaagde (ook wel schuldenaar of debiteur) gebruik maakt van zijn recht om zich inhoudelijk te verweren op de inhoud van de dagvaarding heet dat de conclusie van antwoord. In kantonzaken mag de gedaagde dit verweer zelf doen en zelfs mondeling. De griffier (medewerker rechtbank) draagt dan zorg voor schriftelijke verslaglegging. Bij de rechtbank dient de conclusie van antwoord schriftelijk en door een procureur (advocaat) te worden ingediend.
Curatele
Personen kunnen onder curatele gesteld worden. Onder curatele stellen is allereerst een maatregel die getroffen kan worden als meerderjarigen zowel hun financiële als persoonlijke belangen niet meer kunnen behartigen. In dat geval wordt door de rechter een curator aangesteld. De persoon die het beheer van het geld van degene die onder curatele is gesteld moet doen, wordt een ”curator” genoemd. De curator wordt in dit geval ook betrokken bij belangrijke persoonlijke beslissingen die genomen moeten worden. In dit geval lijkt een curator veel op een voogd. Een verzoek tot deze vorm van onder curatele stelling kan worden ingediend door de echtgenoot, geregistreerd partner (of andere levensgezel), zijn bloedverwanten in de rechte lijn en die in de zijlijn tot de vierde graad, de voogd van de betrokkene of het openbaar ministerie. De betrokkene zelf kan soms zelf ook het verzoek doen. Ten tweede kan een bedrijf of een persoon onder curatele gesteld worden als er sprake is van een faillissement. In dat geval wordt door de rechter een curator aangesteld. Ook in dit geval wordt de persoon die het beheer van het geld van het bedrijf of de persoon die onder curatele is gesteld moet doen een ”curator” genoemd.
Dagvaarden
Dagvaarden is het uitbrengen (of betekenen) van een dagvaarding aan een gedaagde ter inleiding van een gerechtelijke procedure.
Dagvaarding
Een dagvaarding is een akte die op verzoek van de eiser (het bedrijf/de persoon dat het geld tegoed heeft) door een gerechtsdeurwaarder wordt uitgereikt aan de gedaagde partij (de debiteur). In de dagvaarding staat o.a. de volgende informatie: de namen van partijen (eiser en gedaagde), de tijd en plaats waarop de zaak door de rechter wordt behandeld en de uiteindelijke eis (het openstaande bedrag) van de eisende partij.
Debiteur
Een debiteur is de schuldenaar (degene die een bedrag verschuldigd is) van de opdrachtgever (schuldeiser).
Derdenbeslag
Het derdenbeslag (ook wel beslag onder derden) is een beslag dat door een gerechtsdeurwaarder, in opdracht van de schuldeiser, wordt gelegd op gelden of goederen die van de schuldenaar zijn maar onder derden berusten. Voorbeelden zijn beslag op salaris, beslag op een uitkering, beslag op een bankrekening en beslag op goederen die iemand anders voor de schuldenaar bewaart.
Deurwaarder
Een deurwaarder (ook wel gerechtsdeurwaarder) is een ambtenaar benoemd door de kroon, die is belast met het uitbrengen van dagvaardingen en andere exploten (ambtelijke stukken van een deurwaarder), het verrichten van ontruimingen, inbeslagnemingen en executoriale verkopen.
Dossier
Onder een dossier wordt verstaan: de verzameling gegevens en documentatie van de opdrachtgever en de debiteur die op een bepaalde zaak betrekking heeft. De gegevens kunnen geschreven, tastbare gegevens zijn, maar ook elektronische gegevens.
Dupliek
Conclusie van dupliek; het nadere antwoord van de gedaagde (debiteur) op de repliek van de eiser in een gerechtelijke procedure.
Dwangbevel
Een dwangbevel is een bevel om te betalen. Een dwangbevel kan door een aantal bestuursorganen worden uitgevaardigd. Voorbeelden van bestuursorganen zijn het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB)en de Dienst Uitvoeringsorganisatie Onderwijs (DUO). Een gerechtsdeurwaarder mag op basis van een dwangbevel tot beslag leggen overgaan zonder tussenkomst van de rechter.
Eis
Hetgeen in de dagvaarding van de schuldenaar gevorderd wordt.
Eiser
De opdrachtgever die de gerechtelijke procedure start.
Executie
Tenuitvoerlegging van vonnissen, dwangbevelen, beschikkingen en akten. Voorbeelden zijn beslag roerende zaken met openbare verkoop, ontruiming of derdenbeslag.
Exploot
Dit is de algemene benaming voor een ambtelijk stuk van de deurwaarder gedaan aan een betrokkene persoonlijk of aan zijn woonadres per gesloten envelop.
Faillissement
Een faillissement is een gerechtelijk beslag op een vermogen, ter bescherming van de rechten van de crediteuren van de schuldenaar. De schuldenaar verliest door een faillissement de zeggenschap over het vermogen. Een faillissement wordt in een vonnis van de rechtbank uitgesproken, in het algemeen naar aanleiding van een aanvraag van de schuldenaar zelf of van een of meer schuldeisers. In het vonnis benoemt de rechter een curator en een rechter-commissaris. De curator beheert de failliete boedel en is belast met de vereffening van de schulden. De rechter-commissaris houdt toezicht op de curator.
Gedaagde
De gedaagde in een gerechtelijke procedure is degene tegen wie een eis wordt gericht (de tegenpartij van de eiser)
Gerechtsdeurwaarder
Zie deurwaarder
Hoofdsom
De verschuldigde geldsom, exclusief de daarop berekende rentes en toeslagen voor gemaakte kosten.
Hoger beroep
Als een persoon of een bedrijf het niet eens is met de uitspraak van een rechter, dan is het mogelijk om een “hogere” rechter te vragen of deze het eens is met de uitspraak. Dat wordt “hoger beroep” genoemd. Als een kantonrechter een uitspraak heeft gedaan is echter niet altijd hoger beroep mogelijk. Tegen uitspraken van de kantonrechter kan alleen hoger beroep aangetekend worden als deze gaan over bedragen die hoger zijn dan € 1.750.
Ingebrekestelling
Een ingebrekestelling is een document waarin aangegeven wordt dat aan bepaalde verplichtingen niet voldaan wordt. Een ingebrekestelling kan bijvoorbeeld gaan over geld dat nog betaald moet worden. Met een ingebrekestelling wordt in eerste instantie de kans geboden alsnog binnen een redelijke termijn aan de verplichtingen te voldoen. Doet men dat niet, dan “blijft men in gebreke”.
Kantonrechter
Een rechter die werkzaam is bij de Sector Kanton van een Rechtbank. Deze rechters houden zich bezig met geschillen over huurzaken, kleine geldvorderingen (tot en met € 25.000), arbeidsrechtelijke zaken en een aantal familierechtelijke aangelegenheden.
Loonbeslag
Loonbeslag is een vorm van derdenbeslag: beslag onder de werkgever op het loon dat deze aan de debiteur schuldig zal worden.
Minnelijk (incasso)
In het minnelijke incassotraject (ook wel buitengerechtelijk genoemd) trachten de partijen zonder tussenkomst van de rechter of dwangmiddelen tot een oplossing van de zaak te komen.
Ontruiming
Als de debiteur in gebreke blijft zelf te ontruimen, mag de gerechtsdeurwaarder tot ontruiming overgaan o.b.v. een verkregen vonnis van de kantonrechter en na betekening van dit vonnis. Deze betekening bevat een aanzegging ontruiming op een bepaalde datum en tijdstip. Daarbij haalt de gerechtsdeurwaarder alle goederen die niet bij het betreffende pand behoren uit dat pand en plaatst deze op straat. Deze goederen worden vervolgens door de betreffende gemeente afgevoerd. De gemeente kan de goederen opslaan of als afval afvoeren, dit naar beoordeling van de gemeente. Mensen en dieren die in het pand aanwezig zijn worden ook daaruit gezet. Na ontruiming blijft de geldvordering gehandhaafd vermeerderd met alle kosten.
Overbetekening
Als een gerechtsdeurwaarder beslag legt, dient de debiteur hier middels een officieel stuk van op de hoogte te worden gesteld. Dit officiële stuk heet een
overbetekening.
Proceskosten
Als u als schuldenaar voor de rechter moet verschijnen, kan het zijn dat u kosten maakt. Die kosten worden de “proceskosten” genoemd.
Repliek
Repliek is het antwoord van de eiser op de conclusie van antwoord van de gedaagde in de gerechtelijke procedure.
Roerende zaken
Roerende zaken zijn stoffelijke zaken. Een inboedel wordt bijvoorbeeld “een roerende zaak” genoemd, evenals een auto.
Registergoederen
Dit zijn goederen die in het kadaster zijn opgenomen. Het betreft bijvoorbeeld onroerende zaken, vliegtuigen en schepen.
Rente
Een vergoeding die verschuldigd is wanneer een vordering te laat wordt voldaan.
Schuldeiser
Iemand aan wie een ander iets (meestal geld) verschuldigd is; crediteur.
Schuldenaar
De schuldenaar is degene die een betaalverplichting jegens een opdrachtgever (schuldeiser) niet is nagekomen.
Sommatie
Een sommatie is een aanmaning tot betaling (bv. per brief).
Storneren
Een verkeerd of ten onrechte gedane afboeking (geld) op een bankrekening terug laten boeken door de bank.
Stuiting van verjaring
De wettelijk voorziene termijn voor de verjaring begint van nul af opnieuw te lopen.
Titel
Dit kan zijn een vonnis, dwangbevel, (notariële) akte of beschikking.
Verstek
Niet verschijnen (verstek laten gaan) bij een gerechtelijke procedure. Verstek brengt toewijzing van de eis van de tegenpartij mee, tenzij de eis door de rechter ongegrond of onrechtmatig wordt verklaard.
Verjaring (van een vordering)
Door het verstrijken van een zekere tijd (aantal jaren) is een vordering niet meer juridisch afdwingbaar. De schuldeiser kan deze daardoor dus niet meer bij de rechter laten afdwingen. Nadat de verjaringstermijn is verstreken, is de vordering dus verjaard. De vordering zelf – dat is de gehoudenheid om iets te doen – blijft bestaan, maar deze is na verjaring niet langer afdwingbaar.
Verzuim
De (juridische) situatie waarin u bent, nadat u in gebreke gesteld bent. De vordering is nu opeisbaar.
Vonnis
Een vonnis is een beslissing van een rechter in dagvaardingsprocedures.
Vordering
Onder een vordering wordt verstaan de hoofdsom (vaak het totaal aan openstaande factuurbedragen) vermeerderd met de rente en toeslagen voor de gemaakte kosten in de betreffende zaak.
Wettelijke rente
Het rentepercentage dat verschuldigd is bij te laat betalen van de geldsom. Deze wordt berekend over de hoofdsom. Het percentage wordt vastgesteld door de overheid. Er is onderscheid tussen rente voor handelstransacties en niet-handelstransacties.
WIK
De WIK is de afkorting die wordt gebruikt voor de regels over het buitengerechtelijke incassoproces en de kosten die daarin mogen worden gerekend. Het is eigenlijk niet één afzonderlijke wet, maar een bepaling in het Burgerlijk Wetboek, in combinatie met een Koninklijk Besluit, het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. Hierin staan de regels rondom de incassokosten en de 14-dagenbrief.
WSNP
De Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen is een aanvulling op de faillissementswet en biedt natuurlijke personen (personen waarbij geen sprake is van een eigen bedrijf) met financiële problemen een extra perspectief op een schuldenvrije toekomst. De rechter beslist daarbij over het doorgaan van de sanering, de hoogte van het aflossingsbedrag en de duur van de sanering. Belangrijke voorwaarden voor toelating zijn dat de schulden te goeder trouw zijn ontstaan en dat een vrijwillig akkoord over afbetaling niet meer mogelijk is.